Edentaat (geen tanden en kiezen)
Wanneer er geen tanden en kiezen meer in een kaak zitten, is er sprake van een edentate (tandenloze) kaak.
Door slinken (resorbtie) van de kaken op termijn wordt de houvast van gebitsprothesen steeds slechter.
In de bovenkaak is dat probleem vaak minder groot dan in de onderkaak. De onderkaak is met gewrichten aan de schedel verbonden en is daardoor beweeglijk. Bij openen van de mond, aanspannen van de spieren en beweeglijkheid van de tong komt de onderprothese gemakkelijk van zijn plaats, zeker als de houvast door het slinken van de kaak verloren is gegaan.
Door 2 implantaten in de onderkaak aan te brengen kan er houvast worden verkregen door drukknoppen of een steg verbinding, bij deze laatste constructie worden de implantaten met elkaar verbonden door een metalen (titanium of gouden) staaf. Aan de binnenkant van de “ overkappingsprothese “ bevinden zich dan klemmen die de prothese op hun plaats houden. Men noemt dit ook wel een klikgebit.
Ook in de bovenkaak is het mogelijk een klikgebit te maken. Doordat dit gebit zijn houvast ontleent aan implantaten is het mogelijk de constructie zo te maken dat er geen bedekking is van het gehemelte zoals bij een volledige prothese.. Een groot voordeel omdat er ook smaakpapillen in het gehemelte zitten, de smaakgewaarwording blijft zo behouden.